Hij is hier niet, maar Hij is opgestaan
Hij is alléén opgestaan, niemand heeft Hem geholpen. De grafsteen en de harde rots hebben Hem niet kunnen tegenhouden. Hij is het Die nu voor ons de nieuwe, eeuwige dag des heils heeft geschapen, en omdat Hij is opgestaan, zijn alle zware grafstenen weggewenteld en zullen wij in al onze noden ervaren hoe machtig Hij Zich zal bewijzen te zijn een Koning der ere, een getrouwe God en Helper.
Laten wij er eerlijk voor uitkomen wat wij zijn. Ons vlees komt er niet toe om Zijn wet en Zijn Woord voor waarachtig te houden. Dat in Jezus de gehele opstanding is – dat kunnen wij net zomin geloven, als Timotheüs het in gedachtenis kon houden. Maar laten wij luisteren naar het gebed van de apostel: Opdat de God van onze Heere Jezus Christus, de Vader der heerlijkheid, u geve de Geest der wijsheid en der openbaring in Zijn kennis: namelijk verlichte ogen uws verstands, opdat gij moogt weten, welke is de hoop van Zijn roeping, en welke de rijkdom is der heerlijkheid Zijner erfenis in de heiligen; en welke de uitnemende grootheid Zijner kracht is aan ons, die geloven, naar de werking der sterkte Zijner macht, die Hij gewrocht heeft in Christus, als Hij Hem uit de doden heeft opgewekt, en heeft Hem gezet tot Zijn rechterhand in de hemel.
Hem zij de dank en de eer, Die alles zo gewerkt heeft in Christus toen Hij Hem van de doden heeft opgewekt. Voor Hem is niets te wonderbaar. De hoop die levend is door de opstanding van Christus, beschaamt niet. En ieder van ons zegge: Dat is waar en zeker. Amen.
Ds. Kohlbrugge